|
|
Jaloers
op zijn glansrol als vader
Door Saskia Noort.
Dit verhaal verscheen in december 1996 in de ''Marie Claire'': ©
Zelden heeft de rol
van de vader in de opvoeding zo in de belangstelling gestaan als het afgelopen jaar.
Overal verschenen verhalen over De Nieuwe Vader die zelf de luiers verschoont en met zijn
kinderen naar het consultatiebureau gaat. De teneur van al die verhalen was
onveranderlijk; wat doen die mannen het toch fantastisch. Toch zijn veel moeders heimelijk
niet gelukkig met de nieuwe taakverdeling.
Ze hebben er moeite mee terrein prijs te geven en zijn soms zelfs jaloers. Waar komen die
ambivalente gevoelens vandaan?

Een vader wordt beter van het zorgen voor zijn
kinderen. Maar worden wij ook beter van zijn bemoeienis met de zorg! Sandra (33), juriste
en moeder van twee kinderen, vraagt zich dat regelmatig af.
Een voorbeeld? Van de week nog: ik bel om kwart over vijf naar
huis om te melden dat ik moet overwerken. Ik ben vreselijk gestresst en voel me schuldig
omdat ik vanavond de kinderen weer eens niet in bed kan stoppen. Maar als mijn man Mark
aan de telefoon komt, hoor ik op de achtergrond de kinderen plezier maken.'We zijn aan het
dansen op de Sesamstraat-cd, zegt Mark enthousiast. Ik vertel dat ik laat thuiskom
en wil me uitputten in verontschuldigingen, maar hij roept meteen: Geen probleem, ik
ga wel met ze naar de speeltuin en dan eten we daar een pannenkoek. Ik hoor de
kinderen juichen en ik weet dat Mark in het pannenkoekenhuis bewonderend bekeken zal
worden: wat een leuke vader is dat.
Ik weet ook dat de kinderen
dolbij zijn met Mark, die van mijn afwezigheid een groot feest maakt. Met hem doen ze
leuke dingen: van McDonald's naar het pannenkoekenhuis en dan al zingend in de auto naar
oma, die ze nog iets gezonds te eten geeft. Uitgeput zullen de kinderen in bed storten en
papa krijgt extra knuffels, omdat hij geen tandenpoetsgevecht is aangegaan met ze.
Morgenochtend
ben ik vrij en zal ik de hele dag te horen krijgen."Wanneer komt papa! Van papa mogen
we wel met onze schoenen op de bank!' Mark is hun held en Mark is mijn moeder's held: 'Wat
doet die man toch veel thuis, zegt ze regelmatig. En."Jij laat hem veel te vaak
alleen opdraaien voor de kinderen!'
Mark zelf is ook erg te spreken over zijn vaderrol. Hij is geslaagd op alle fronten. Ik
kan dat niet uitstaan en voel me Assepoester en de Boze Heks tegelijk.»
Moeders van nu horen te werken, vaders van nu moeten zorgen.
Vooral dat laatste is een groot item in de media. Mannen werken per week twee uur
langer in het huishouden',"Vaders zijn betere opvoeders dan moeders de
kranten zijn dol op dit soort koppen. De Nieuwe Vader staat volop in de belangstelling en
zijn rol wordt doorgaans lovend besproken. Hij levert een waardevolle bijdrage aan de
opvoeding van onze kinderen, terwijl de werkende moeder voornamelijk overbelast rondrent.
Zij kan haar kinderen niet aan, zij laat ze achter in een crèche en zij doet niets goed.
Nee, dan de Nieuwe Vader:
hij ontplooit meer activiteiten met zijn kroost dan ooit tevoren. Leest ze voor, stopt ze
in bad, speelt eindeloos voor paardje, loopt koesterend rond met zijn hummel in de
draagzak en draait de hand niet meer om voor het dagelijkse liga-prakje. Dus welke
werkende moeder wil nou geen meezorgende partner! Eentje die minder gaat werken, die uit
zichzelf bedenkt dat het tijd is voor de vitamine D en die zonder morren een gezond
avondmaal bereidt!
Hij lijkt het antwoord op al onze wensen.

BANG DE ONVOORWAARDELIJKE LIEFDE VAN HUN KIND TE VERLIEZEN
Toch wordt die Nieuwe Vader juist door zijn partner tegengewerkt, op zijn huid gezeten,
gek gezeurd.
Psycholoog Vincent Duindam doet al een paar jaar onderzoek naar mannen die werkuren
inleveren om meer tijd te kunnen besteden aan hun kinderen. Veel zijn dat er nog niet,
volgens Duindam heeft slechts twee tot vijf procent van alle vaders in Nederland
daadwerkelijk de stap gezet. Maar deze witte raven zijn wel uitermate tevreden over hun
leven. Ze vinden dat ze the best of both worlds hebben.
Toch heeft vijftien procent
van de mannen die Duindam ondervroeg, klachten over de houding van hun partner. Terwijl
zij het juist was die hem stimuleerde tot een gelijke taakverdeling te komen, lijkt ze er
nu grote moeite mee te hebben dat hij echt een deel van de verantwoordelijkheid overneemt.
Sommige mannen zeggen dat ze moeten oppassen dat de zorg hen niet wordt afgepakt. Delen
lijkt voor veel vrouwen niet mogelijk zonder gevoelens van rivaliteit. Ze zijn vooral bang
de onvoorwaardelijke liefde en afhankelijkheid van hun kind te verliezen.

«Ik werk graag, ik doe met
vriendinnen leuke dingen en ik besteed tijd aan mezelf,» zegt makelaar Annemarie (33),
moeder van Tom (3) en vrouw van Anton (36). «Dus weet ik dat ik een deel van het
huishouden en de zorg voor Tom moet overlaten aan anderen: aan Anton, aan Toms oma, aan de
crèche. En dat doe ik dan ook keurig. Verstandelijk is het verhaal dus in orde, alleen
gevoelsmatig niet. En als ik heel eerlijk ben, moet ik bekennen dat jaloezie op de band
die Anton met Tom heeft, daar de belangrijkste oorzaak van is.
Toen Tom last had van darmkrampjes, werd hij het rustigst als hij op de buik van pappa
lag. Ik was geroerd, maar ook stinkjaloers.Want wat was er mis met mijn buik! Hetzelfde
gold toen de eerste lachjes kwamen: lachte Tom niet vaker naar Anton dan naar mij!
<<PAPPA IS ZÓ LIEF>>
Lange tijd schreef ik mijn gevoelens toe aan zwangerschapshormonen, maar Tom is inmiddels
drie jaar en ik ben nog steeds jaloers. Als hij met een speciaal stemmetje
zegt."Pappa is zó lief, papa maakt zulke lekkere spaghetti, dan ben ik in
staat meteen de keuken in te duiken om een nog veel lekkerdere spaghetti klaar te maken.
Belachelijk toch?
Ik kan heel stoer reageren. Ik hou mezelf voor dat het helemaal niet erg is als Tom zich
liever door zijn vader naar bed laat brengen en mij dan niet eens een nachtzoen wil geven.
Maar als Tom dan eenmaal naar bed is en ik zit samen met zijn held op de bank, dan ga ik
zeuren.'Is het je al opgevallen dat de wasmand uitpuilt! Waarschijnlijk niet, maar er moet
wèl gewassen worden...
Ik haat dat van mezelf en als ik een te erge bui heb, praat ik er
ook over met Anton. Dan is hij heel begrijpend en zegt wel tien keer dat ik zon
goede moeder en mooi, intelligent mens ben, Ik, echt heel kinderachtig, ben dan zo blij
als een kind, Kennelijk heb ik die bevestiging heel hard nodig.»
Ook fysiotherapeut Jolanda (31) is nu en dan jaloers op de band die haar vriend Kees (40)
heeft opgebouwd met hun vierjarige dochtertje Sanne: <<Wij werken allebei
viereneenhalve dag. Kees is op maandagochtend bij Sanne en ik doe de maandagmiddag. Op
zijn ochtend onderneemt Kees van alles met Sanne. Hij gaat met haar naar het park, naar de
dierentuin. Als ik dan thuiskom, slaapt Sanne en staat er een stapel afwas op mij te
wachten. Dan reageer ik pissig, omdat hij de troep voor mij heeft achtergelaten. En ik ben
ook jaloers, want hij heeft de hele ochtend Sanne voor zich ingepalmd.»
Waar komt de jaloezie van deze moeders vandaan! Het kan toch niet waar zijn dat ze hun
partner de aandacht van zijn kind echt misgunnen! Dat het gedeelde ouderschap verwordt tot
een bittere strijd over wie de beste ouder is!
Volgens dr José Heesink, universitair docent aan de Rijksuniversiteit Groningen, kunnen
we al het applaus voor de Nieuwe vader niet uitstaan, omdat de gelijke taakverdeling vaak
alleen maar in theorie bestaat. «Vanuit een gevoel van gelijkheid begint een stel aan
kinderen. Ze maken afspraken, gaan allebei een dag minder werken, maar als het kind er
eenmaal is, blijkt dat hij meer positieve dingen voor zichzelf overhoudt dan zij.Als
moeder voel je je dan op de tweede plaats staan,» zegt Heesink.
Volgens haar leveren werkende moeders op zowel het thuisfront als
op het werk in, terwijl ze daar weinig voor terugkrijgen. Thuis doet de vader vooral de
leuke dingen met de kinderen, zonder dat zijn carrière daar onder lijdt. De werkende
moeder, die vaak wel een deel van haar carrière heeft moeten inleveren, merkt dat het
huishouden en de minder leuke verzorgingstaken voor haar blijven liggen.
Daar komt bij dat de nieuwe vader voortdurend wordt geprezen."Wat goed van je, dat je
naast je drukke baan nog zo veel tijd maakt voor je kinderen!' De werkende moeder
daarentegen wordt voorgehouden dat vier dagen in de crèche voor een kind wel erg veel is.
Het applaus is dus voor hem, de kritiek voor haar.
Heesink: «In principe wil
je alles met je man delen, de zorg voor en de liefde van de kinderen, het huishouden en de
verantwoordelijkheid voor het inkomen. Maar als dat delen ten koste gaat van jou,geeft dat
strijd.Je ziet bij veel stellen dat ze de opvoeding van de kinderen wel gelijk verdeeld
hebben, maar de huishoudelijke en verzorgende taken niet. De man pikt de leuke dingen
eruit, ravotten, sporten, erop uit gaan, terwijl de onzichtbare, vervelende klusjes voor
de moeder blijven liggen. De meeste conflicten ontstaan dan ook over die onbetaalde taken.
Ik ben nu bezig met een onderzoek naar de taakverdeling tussen stellen voordat ze kinderen
krijgen en daarna. Daaruit komt naar voren dat vrouwen vaak willen dat hij meer doet,
terwijl mannen willen dat zij minder doet, zonder werk van haar te willen overnemen. Zij
zien de oplossing in het uitbesteden van taken. Dat is een onoplosbaar probleem.»
<<HET IS ALSOF IK SAMENWOON MET MIJN KRAAMVERZORGER>>
De rivaliteit tussen ouders die hebben besloten de zorg te delen, kan al vroeg beginnen.
Nog maar enkele decennia geleden was de zorg voor de kinderen het exclusieve terrein van
de moeder, waarmee ze meteen beslag legde op de eerste vier levensjaren van haar kinderen,
Daarna verscheen de vader pas, om de wereld buitenshuis mee te ontdekken.Veel vaders
vonden hun kind pas echt leuk als ermee te praten viel. De moderne vader echter is in de
kraamtijd al prominent aanwezig. De kraamverzorgster moedigt hem aan zelf de eerste
poepluier te verschonen en rond dag drie troont ze hem mee naar het badje, waar hij de
techniek van de feilloze vorkgreep leert, zodat hij de baby veilig in bad kan doen.
Diane (31), vier weken geleden bevallen van Dosis: «Mijn vriend
heeft zich net zo verdiept in de borstvoeding als ik. Ik vind dat een ramp, want nu hebben
we er elke dag discussies over. Als ik Dosis aan mijn linkerborst leg, zegt hij dat ze
volgens hem toe is aan de rechterborst.'Kijk maar uit, straks krijg je een
borstonsteking', zei hij gisteren nog. Het lijkt wel alsof ik samenwoon met mijn
kraamverzorger. Hij heeft vrije dagen opgenomen om net zo bekwaam in de verzorging te
worden als ik, maar van mij mag hij weer aan het werk.»
VROUWEN WILLEN THUIS NUMMER EEN ZIJN
Volgens Heesink wordt er te vaak van uitgegaan dat vrouwen van nature een drang tot zorgen
hebben en dat ze daarom de regie over de verzorging en het huishouden moeilijk uit handen
geven. Wat Diane vertelde over de discussies met haar vriend, lijkt daar een bevestiging
van. Maar Heesink vraagt zich af of het niet ook door onze opvoeding komt dat we zo
reageren. We weten dondersgoed hoe een
goede moeder hoort te zijn, het is ons tenslotte met de paplepel ingegoten. Een goede
moeder is thuis, kookt en bakt, sopt en poetst en zit klaar met thee en koekjes. Diep in
ons hart vinden we een moeder die niet altijd thuis is, geen goede moeder. Dus wanneer we
de scepter zo nu en dan eens overgeven aan onze partners, voelen we onszelf al snel een
ontaarde moeder. We zijn nog steeds behept met het opofferingsideaal.
«Het is voor vrouwen gemakkelijker om de traditionele moedertaal
op zich te nemen, omdat we zo zijn gesocialiseerd,» zegt Heesink. «Dit is een terrein
waarop vrouwen het beter kunnen doen dan mannen en dat is wat we willen: tenminste op
één gebied excelleren.We willen niet schril afsteken bij een Superman, we willen zelf
een Supermoeder zijn. Dus verdedigen we ons terrein door de regie in handen te houden.»
Moeders willen het thuis
dus beter doen dan hun partners en voelen zich bedreigd als blijkt dat hij het ook goed
kan. Want dat betekent dat we macht moeten inleveren zonder dat er macht in het
maatschappelijke leven voor tegenover staat. En dat veroorzaakt de angst straks op twee
terreinen op de tweede plaats te staan. Of, zoals Jolanda het zegt: «Kees mag op zijn
werk de held uithangen, thuis wil ik dat zijn. Het liefst zie ik dat hij precies doet wat
ik wil, op de momenten die ik bepaal. En het allerbelangrijkste blijft dat zowel hij als
Sanne afhankelijk zijn van mijn warmte, liefde en zorgzaamheid. Toen we vijf jaar geleden
besloten dat we een kind wilden, spraken we af de zorg zo veel mogelijk te delen. Maar
toen ik eenmaal met zwangerschapsverlof ging, werd ik echt zon moedertje. De baby
die in mij groeide, was het enige dat telde. En ook na de bevalling bleef dat zo. Sanne
voeden, in bad stoppen, met haar tuttelen ik vond het heerlijk. Ik had niet van
mezelf verwacht dat ik zo liefdevol en verzorgend kon zijn. De keerzijde was dat ik het
'heel moeilijk vond Kees de ruimte te geven, hem tijd te gunnen met Sanne. Als ik al
toestond dat hij haar in bad deed, ging ik er naast staan en keek hem op de vingers.
Kijk je uit dat er geen zeep in haar ogen komt? Is het water niet te koud!' En ging
ik een avond naar een vriendin, dan belde ik onmiddellijk na aankomst Kees op, om te
vragen of het thuis allemaal wel goed ging. Maar het ging altijd goed. Hij had mij
helemaal niet nodig om te vertellen hoe het moest. En Sanne geniet zichtbaar van de
aandacht van haar vader. Als hij thuiskomt, staat ze te trappelen van enthousiasme. Kees
is haar held. En ja, dat maakt mij jaloers. Ik heb wel eens in een ruzie geroepen.
"Eigenlijk is Sanne van mij. Ze komt uit mijn buik, ik heb haar gevoed, ik zorg het
meest voor haar, waar bemoei jij je mee?'»
Psychologe Annette Heffels vindt die jaloezie heel voorstelbaar:
«Mannen krijgen niet alleen meer waardering voor hun nieuwe rol, ze richten die ook beter
in. Ze zorgen beter voor zichzelf, stapelen niet allerlei verplichtingen op hun schouders.
Ze leveren qua carrière minder vaak in dan vrouwen en als ze dat wel doen, krijgen ze ook
daarvoor weer veel waardering. Van vrouwen daarentegen wordt het heel normaal gevonden dat
ze hun carrière opofferen voor hun gezin.» Volgens Heffels doen vaders het vaak leuker
met hun kinderen, omdat ze beschikbaarder zijn. Als papa voor de kinderen zorgt, is hij er
ook helemaal voor ze, terwijl moeders zich vaak verplicht voelen te soppen en de was te
doen. Heibels: «Vrouwen raken er verongelijkt over dat hun man uitsluitend de leuke
dingen eruit pikt en zichzelf daarmee tot de held van de kinderen maakt. Maar ze gaan
hierover geen gesprek aan, nee, ze uiten zich door kritiek op hem te leveren, door te
zeuren en te sneren. Ze schamen zich ook voor hun jaloezie want dat is een slechte
eigenschap. En naar buiten toe scheppen ze juist op over hun zorgzame man, want dat geeft
hen zelf weer status. Maar als je dat doet, wordt het alleen maar extra moeilijk toe te
geven dat je het er ook weleens moeilijk mee hebt, dat je het eigenlijk niet uit kunt
staan dat hij het zo leuk doet.» Ook Annemarie vraagt zich regelmatig af waarom ze zo
zeurt tegen haar vriend Anton. «Natuurlijk, hij vergeet weleens het fluoride-tabletje,
hij trekt Tom de meest vreemdsoortige combinaties aan en hij geeft hem als lunch een
krentenbol, maar Tom is tevreden. Hij is dol op zijn vader, die hem alle aandacht geeft,
die met hem speelt, die goed voor hem zorgt.Wat heb ik nou eigenlijk te zeuren?»

EEN GOEDE MOEDER OFFERT
ZICH TOCH OP.
Als vrouwen nu eens leren echt meer aan hun man over te laten en
zelf meer tijd nemen om leuke dingen te doen met de kinderen, dan zouden die onderhuidse
gevoelens van afgunst wellicht afnemen. Heffels: «Maar vrouwen zijn sterren in het
lijden.We zijn erg gehecht aan ons gevoel van zieligheid, we ervaren een soort lust uit
lijden. Door ons zo opofferend te gedragen, binden we man en kinderen aan ons en denken we
ze ook te straffen voor hun zelfzuchtige gedrag.We hopen schuldgevoel op te wekken: door
te laten merken dat we ons rot voelen, proberen we onbewust hun plezier te vergallen.
Dymphie van Berkel heeft het in haar boek Plicht en ontplooiing over het ideaalbeeld van
de moeder waarmee wij zijn grootgebracht; een goede moeder offert zichzelf volledig op
voor man en kinderen. Voor moeders is het verboden om plezier te hebben, alles wat ze
doen, moeten ze voor hun kinderen doen en niet voor zichzelf. Misschien hebben we er
daarom nog steeds zo'n moeite mee om genoegen te beleven aan leuke dingen.»
Het onderzoeksrapport Ouderschap als
Onderneming van pedagoog Jeannette Doornenbal bevestigt het beeld dat vaders hun tijd met
de kinderen vooral besteden aan leuke dingen. Doornenbal heeft het in dat verband over de
drie S-en: sport, spel en school. Het huishouden schiet er dan vaak bij in, Doornenbal:
«Vrouwen kunnen meer dingen tegelijk doen en ze betrekken hun kinderen ook bij het
huishouden: samen de was ophangen, samen stofzuigen. De mannen vinden het al goed van
zichzelf dat ze een dag minder zijn gaan werken.Wat zij doen, is al snel goed. In mijn
onderzoek zag ik dat mannen hun aandeel in de zorg en opvoeding opwaarderen, terwijl
vrouwen hun aandeel onderwaarderen.» Toch zullen werkende moeders die de zorg voor de
kinderen willen delen met hun partner, ermee moeten leren leven dat mannen die zorg anders
aanpakken. Niet beter, niet slechter, maar anders. Misschien helpt het al als we eens
ophouden onszelf voortdurend door de ogen van anderen te bekijken.Jolanda: «Ik trek Sanne
's morgens schone kleren aan, die bij elkaar passen. Kees pakt de kleren die onder
handbereik liggen. Heeft hij haar aangekleed, dan loopt ze met een spijkerbroek vol
vlekken en een te klein truitje. Hem kan dat niet schelen, maar ik erger me eraan omdat ik
me er zorgen over maak dat anderen mij erop zullen aankijken. Volgens mij is dat een
typisch vrouwentrekje. Kees is er in elk geval veel onbevangener in. Het interesseert hem
niet wat anderen denken.» Maar in plaats van jaloers te zijn en hem voortdurend kribbig
te wijzen op wat hij allemaal fout doet, kunnen we misschien wel wat leren van zijn
onbevangen houding en zijn vermogen om zichzelf niet onder te laten sneeuwen door de
belangen van de kinderen. Een tikje egocentrisch zijn kan geen kwaad, weet inmiddels ook
Dorien (33), moeder van Justin (4) en Kevin (8) : «Als mijn man voor de kinderen zorgt,
zit hij rustig piano te spelen temidden van de chaos. Maar iedereen is dan wel tevreden.
Ik ben geneigd me de hele tijd te bemoeien met hun spel en als ik om drie uur thee en
koekjes voor ze heb klaargezet, voel ik het als een persoonlijke afwijzing als ze liever
bij de buurjongens in de tuin blijven spelen. Mijn man denkt op zon moment: mooi,
dan pak ik lekker de krant.» 
Jeannette Doornenbal: «Vaders hebben veel geleerd van
moeders: het zorgen, luisteren, liefde geven, knuffelen. Moeders kunnen nu van vaders
leren: grenzen stellen, de zorg echt aan hem overlaten zodat hij het op zijn manier kan
doen. Het belangrijkste lijkt mij dat we de nieuwe vader niet als een bedreiging zien,
maar als een prachtige kans.»
|